Leerhuis Exact
Leerhuis Exact is blauw
De blauwe gangen en het blauwe leerpleinen zijn ‘het huis’ van de exacte vakken. Je vindt hier natuurkunde, scheikunde, biologie, informatica en wiskunde. We zijn trots op ons mooie laboratorium en de speciaal ingerichte lokalen waar we op veilige en verantwoorde wijze de lastigste practica en onderzoeken kunnen uitvoeren. Naast docenten en leerlingen vind je hier ook onze professionele en technische onderwijsassistenten (TOA’s) die helpen bij het voorbereiden en uitvoeren van de practica.
Je kunt ze herkennen aan de witte labjas en de (veiligheids)bril. Trots zijn we ook op onze prachtige computerlokalen met zeer moderne iMacs van Apple.
Biologie
Bij Biologie leer je (in het Nederlands of in het Engels) van alles over jezelf en de natuur om je heen.
Hoe zit je zelf in elkaar? Hoe haal je adem? Hoe werkt je hart? Waarom lijk je op je vader en je moeder? Maar ook hoe planten in elkaar zitten en hoe dieren en planten met elkaar samenleven in de natuur. Hoe we de omgeving kunnen helpen met duurzame beslissingen.
Natuurlijk doen we bij biologie ook practicum en leer je onderzoek doen. Je leert hoe je met een microscoop moet werken, bekijkt dieren en organen van dichtbij en je leert hoe je een tekening kan maken volgens de biologieregels. In je tijd op school komen onderwerpen uit de onderbouw terug in de bovenbouw, maar dan wordt er dieper op ingegaan.
In de onderbouw werk je op de iPad met een digitale methode, in de bovenbouw heb je ook een digitale methode maar kun je ook uit boeken werken.
Informatica
Als je aan leerlingen van de onderbouw vraagt wat informatica is, denken ze vaak dat het om programmeren gaat. Leerlingen die in de bovenbouw informatica doen, weten dat informatica veel meer is.
Bij informatica leer je inderdaad programmeren in Python, Swift of PHP, maar we gaan ook met webdesign aan de slag. Hoe wordt een website mooi op zowel een breed scherm als op mobiel? Wat zit er in een computer, laptop of iPad? Wat is bijvoorbeeld een processor en hoeveel GB geheugen is genoeg? Informaticaleerlingen kunnen die vragen na hun examen allemaal beantwoorden.
We kijken bij informatica ook hoe je handig gegevens uit een database kunt halen en hoe de techniek daarachter precies werkt. Je leert ook waar je op moet letten om te voorkomen dat een database makkelijk te hacken is en of het gevoelig is voor een DDoS-aanval. Hoe zoiets in z’n werk gaat, bekijken we in de module cybersecurity.
Gamen is leuk, maar het is nog veel leuker om je eigen game te maken. Je ervaart dat het een forse uitdaging is om een mooi spel in elkaar te zetten. Je leert daarbij ook een beetje Photoshop (foto’s bewerken) en Illustrator (tekenen).
Natuurkunde
Hoe blijft een vliegtuig eigenlijk in de lucht? Waarom kan een brug zo’n zwaar gewicht dragen? En hoe zetten we de zon of de wind om in energie?
Dat soort vragen horen bij natuurkunde. Op Werenfridus begin je in de tweede klas met dit vak. Iedereen krijgt het, want natuurkunde gaat over de wereld om je heen. Vanaf de vierde klas kun je het vak zelf kiezen als je er verder in wilt.
In de onderbouw leer je de basis van hoe dingen werken: licht, geluid, krachten en energie. Je leert niet alleen feiten, maar vooral ook hoe je onderzoek doet: vragen stellen, een proefje bedenken, meten en ontdekken. Zo word je steeds beter in logisch en kritisch nadenken. Daarnaast speelt natuurkunde een belangrijke rol bij het duurzamer maken van de wereld. Hoe kunnen we slimmer omgaan met energie? Welke nieuwe technieken helpen ons om schoner te leven? Met natuurkunde krijg je hier inzicht in.
In de havo bovenbouw bereid je je met natuurkunde voor op studies en beroepen waar techniek, zorg en duurzaamheid een grote rol spelen. Denk aan laboratoriumonderzoek, de gezondheidszorg, duurzame energie of technische opleidingen.
In de vwo bovenbouw ga je dieper in op de ingewikkelde modellen en theorieën. Zo bouw je een stevige basis voor universitaire studies zoals natuurkunde, sterrenkunde, technische richtingen of geneeskunde.
Kortom: natuurkunde helpt je de wereld beter te begrijpen én mee te denken over oplossingen voor de toekomst.
Scheikunde
Scheikunde is een vak waarin je leert hoe stoffen zijn opgebouwd en hoe ze met elkaar reageren. Je ontdekt dat scheikunde overal om ons heen is: in voeding, medicijnen, schoonmaakmiddelen en zelfs in de lucht die we inademen. In de lessen maken we de theorie concreet met afwisselende praktijkopdrachten en experimenten in het scheikundelokaal.
Daar beginnen we in klas 2 mee, met een half jaar lang één uur per week – voor zowel havo als vwo. In klas 3 zijn dat twee uur per week het hele jaar. Aan het einde van de derde klas kun je scheikunde kiezen in een N-profiel, dus Natuur & Gezondheid of Natuur & Techniek. In de bovenbouw wordt er veel dieper de stof ingedoken, om je klaar te stomen voor een opleiding in de natuurwetenschappen.
Scheikunde is een belangrijk vak voor leerlingen die geïnteresseerd zijn in techniek, gezondheid, natuur en milieu. Het vormt een goede basis voor veel studies in het hoger onderwijs. Of je nu later arts, ingenieur of laborant wilt worden – met scheikunde sta je sterker.
Je leert bij scheikunde niet alleen feiten, maar ontwikkelt ook belangrijke vaardigheden zoals nauwkeurig werken, logisch nadenken en samenwerken. Ben je nieuwsgierig naar hoe de wereld om je heen werkt? Dan is scheikunde écht iets voor jou.
Wiskunde
Op de basisschool ben je al in aanraking gekomen met een onderdeel van wiskunde, namelijk rekenen. Wiskunde is een exact vak waarin je je bezighoudt met rekenen, formules, vergelijkingen, statistiek, toegepaste analyse en nog veel meer.
De eerste drie jaar heeft iedereen in de klas dezelfde wiskunde. In het derde jaar ga je kiezen welke wiskunde het beste bij jou past. Op de havo kun je kiezen voor wiskunde A of wiskunde B. Op het vwo kun je kiezen voor wiskunde A, wiskunde B, wiskunde C of wiskunde D.
Bij wiskunde A op de havo ga je voornamelijk aan de slag met statistiek en toegepaste analyse vraagstukken. Op het vwo komt daar het onderwerp kansberekening nog bij. Bij wiskunde B worden de vraagstukken complexer. Dat betekent kortere vragen en veel meer rekenwerk. Zie het als puzzels die opgelost moeten worden. Onderwerpen die bij wiskunde B behandeld worden, zijn: meetkundige vraagstukken, manipuleren van functies. Op het vwo ga je ook nog leren differentiëren en integreren.
Op het vwo kun je ook kiezen voor wiskunde C. Bij wiskunde C ga je aan de slag met verbanden, grafieken, statistiek, kansrekenen en logisch redeneren. Wiskunde D is voor de leerlingen die geen genoeg krijgen van wiskunde. De leerlingen hebben vaak wiskunde B al gekozen en kiezen wiskunde D als extra vak. Wiskunde D gaat verder waar wiskunde B stopt.
Robotica Club Werenfridus
Technologie, programmeren en robotica nemen een steeds grotere plaats in binnen de samenleving. Daarom heeft meneer Schuckman van natuurkunde de Robotica Club opgestart. Je kunt dan een robot/rupsvoertuig van de grond af aan opbouwen, je leert een elektronische schakeling te maken die de motoren aandrijft en een microcontroller of microcomputer te programmeren. Hierna kun je je hele schooltijd blijven komen om verder aan je robot te bouwen of een ander initiatief te gaan maken.
Er is een eigen bijdrage van € 50 voor de onderdelen (excl. batterijen of powerbank en USB-lader) maar daarvoor mag je dan ook als hij klaar is de robot mee naar huis nemen. Dus als je meer wilt weten van elektronica, programmeren en robotica meld je dan aan bij Robotica Club Werenfridus!
Het is een hobbyclub, je bent zelf verantwoordelijk voor je aanwezigheid. Wil je meedoen? Roboticaclub is iedere maandagmiddag in lokaal 42 na je laatste lesuur.
3D printers
Werenfridus biedt onderwijs aan vanuit veel verschillende invalshoeken, waarbij we – voor zover mogelijk – mee gaan met de ontwikkelingen in de maatschappij. In de toekomst zal het gebruik van de 3D-printer steeds ‘normaler’ worden. We gaan toe naar een technologische verandering waarin iedereen zijn eigen producten zal kunnen printen. Door de leerlingen nu al in aanraking te brengen met de 3D-printer en met het ontwerpen van 3D-designs, hebben zij een mooie voorsprong op leerlingen die hier niet mee zijn ‘opgegroeid’.